Tom en zijn oudere broer Benjamin vertrekken naar Zweden om hun vader op te zoeken voor de zomervakantie. Het wordt een hereniging met een vreemde en eenzame man. De vader lijkt ervan overtuigd dat Tom de gave heeft om dingen waar te nemen die anderen niet zien. Wanneer hij hen voorstelt om voor een paar dagen naar het noorden te gaan en in te trekken in een hut aan een meer zijn de kinderen erg blij. Maar de plaats is erg geïsoleerd in het midden van een enorm woud en dat veroorzaakt bij Tom angsten. En naarmate de dagen verlopen lijkt de vader steeds minder te overwegen om nog terug te keren...